Herten zijn dieren die bekend zijn vanwege het gewei dat het mannetjeshert draagt. Bij de meeste hertensoorten draagt alleen het mannetje een gewei. Bij de rendieren echter draagt ook het vrouwtje een gewei. Het gewei wordt ieder jaar afgeworpen. Waarom precies is niet duidelijk, een mogelijke reden is het sparen van energie in de seizoenen waarin het lastig is om eten te vinden. Het nieuwe gewei is meestal groter dan voorheen.
Er zijn verschillende soorten herten. Bekende soorten zijn de eland, ree, rendier, damhert en edelhert. Al deze soorten komen in Europa voor. Een paar soorten die buiten Europa voorkomen zijn de Chinese waterree, dit is een hert dat geen gewei heeft, en de Chileense poedoe, de kleinste hertensoort met 8 kilo en een hoogte van 38 cm. De eland is de grootste soort: deze kan wel 800 kilo zwaar worden met een hoogte van 2m30.
Herten zijn planteneters. Ze zijn wel kieskeurig en ruiken aan het eten voordat ze beginnen te eten. Jonge herten eten naast de bek van hun moeder om zo te leren wat ze wel en niet kunnen eten. Herten hoeven niet vaak te drinken: ze krijgen in de vroege ochtend water door de bladeren met dauw die ze eten.
Herten kunnen kennis generaties doorgeven: tijdens de Koude Oorlog liep het ijzeren gordijn door Europa. Voor herten is de Koude Oorlog echter nog niet voorbij: nog steeds blijven de herten aan hun kant van het voormalige ijzeren gordijn. Vroeger was dit een barrière en konden herten niet oversteken. Nieuwe generaties hebben deze kennis overgenomen, hoewel de herten nu wel van oost naar west kunnen.
Photo Credit: Bart vanDorp, Fisherga en Coolstock via Compfight cc
Copyright © 2014-2025 Zeg BV Privacy Policy