Koala's zijn buideldieren en komen voor in Australië, net als de meeste andere buideldieren zoals de kangoeroe. De naam koala komt uit een aboriginaltaal die is uitgestorven en zou "drinkt niet" betekenen. Dat klopt ook: een koala drinkt bijna niet omdat hij genoeg vocht haalt uit de bladeren die hij eet.
Een koalajong leeft de eerste tijd in de buidel van de moeder. Als het jong groter is, dan zit het op de rug van de moeder.
Een koala is heel kritisch over zijn voedsel: ze eten alleen eucalyptusbladeren en dan ook nog van maar enkele boomsoorten: van de zo'n 600 soorten eucalyptusbomen eet de koala er maar zes. In de bladeren van de eucalyptusboom zit gif dat voor de meeste dieren schadelijk is. Een koala kan hier wel tegen, maar hij eet wel oude bladeren omdat deze minder blauwzuur bevatten. Deze zijn echter moeilijk te verteren. In het spijsverteringsstelsel van de koala leven micro-organismen die de koala helpen bij het afbreken van de bladeren.
Een koala slaapt heel veel: bijna 20 uur per dag. De overige vier uur besteden ze aan eten. Een koala slaapt zoveel omdat hij een traag metabolisme heeft.
De koala was bijna uitgeroeid omdat erop gejaagd werd vanwege de vacht. De koaa heeft namelijk een hele zachte vacht. Sinds begin vorige eeuw is de koala beschermd. Sindsdien nam het aantal koala's toe, maar nu wordt de koala bedreigd door een virus. Wetenschappers onderzoeken het virus en proberen zo het uitsterven te voorkomen.
Copyright © 2014-2024 Zeg BV Privacy Policy