De lepelaar is een grote watervogel met een opvallende snavel in de vorm van een lepel. Het is een trekvogel die o.a. voorkomt in Europa en Azië.

De lepelaar heeft een wit verenkleed met lange, slanke poten. De snavel is lang en plat, en breed aan de top in de vorm van een lepel. De snavel is gevoelig voor aanraking en wordt gebruikt om voedsel te zoeken in modder of ondiep water.

Lepelaars voeden zich voornamelijk met kleine visjes, kikkers, insecten en schaaldieren. Ze jagen door in het ondiepe water te lopen en hun snavel heen en weer te bewegen om voedsel te detecteren. Vervolgens gebruiken ze hun snavel als een schep om voedsel uit het water te scheppen.

De lepelaar nestelt meestal in kolonies op beschutte plaatsen, zoals rietvelden, moerassen en mangroven. Het legsel bestaat meestal uit 3 tot 5 eieren.

De lepelaar speelt een belangrijke rol in het ecosysteem vanwege zijn voedingsgedrag. Ze helpen bij het reguleren van populaties van kleine dieren, zoals vissen en insecten.

Vanwege de opvallende verschijning van de lepelaar en zijn belangrijke rol in het ecosysteem, zijn lepelaars een populaire vogel om te observeren en fotograferen voor natuurliefhebbers en vogelaars.

Wist u dat?

Wist u dat de lepelaar een trekvogel is en in de winter naar warmere gebieden trekt? Ze broeden in Europa, Azië en Afrika en overwinteren in het Middellandse Zeegebied, Afrika en Azië.

Opmerkingen