Een luiaard heet niet voor niets luiaard: het dier slaapt zo'n 15 uur per dag. In veel andere talen verwijst de naam ook naar lui. Toch is hun trage gedrag best slim: door heel traag te bewegen merken roofdieren ze minder goed op. Dit merk je zelf ook als je in een land bent waar ze voorkomen en je ze probeert te spotten: ze zijn lastig te ontdekken.
Hun reputatie van smerig dier vanwege de algen in hun vacht is echter niet terecht: de algen dienen als bescherming tegen parasieten en als camouflage.
Luiaards komen voor in Zuid- en Midden-Amerika. Verschillende soorten zijn uitgestorven, nu bestaan nog twee- en drievingere luiaards, die beiden onderverdeeld zijn in verschillende soorten.
Luiaards eten hoofdzakelijk bladeren. Deze geven weinig energie, waardoor het spijsverteringskanaal van het dier erop is aangepast om er zoveel mogelijk voedingsstoffen eruit te halen.
Ze komen bijna nooit uit de boom: één keer per week klimmen ze naar beneden om hun behoefte te doen. Wanneer een vrouwtje loops is, dan klimt ze veel vaker naar beneden om haar behoefte te doen. Luiaards zijn op de grond erg kwetsbaar en zijn een veel makkelijkere prooi voor roofdieren. Ze klimt zo vaak naar beneden om aan mannetjes te laten merken dat ze loops is en klaar is om te paren en zo voor nageslacht te zorgen.
De draagtijd van een jong is zes maanden. Een luiaardmoeder krijgt maar één jong per keer.
Copyright © 2014-2024 Zeg BV Privacy Policy