Van de varkens of zwijnen is het tamme varken het bekendste. Kenmerkend voor het wilde zwijn is dat het mannetje grote slagtanden heeft (het tamme varken heeft dit niet meer). Het wilde zwijn komt van oorsprong voor in Europa, Azië en Afrika. Het tamme varken komt bijna over de hele wereld voor en is al 5000 jaar gedomesticeerd. Vroeger werd het varken door de zeevaarders meegenomen en overal uitgezet om voor vlees te zorgen als ze weer terugkwamen.
Het varken wordt door de mensen met name gebruikt voor zijn vlees, maar bijna alles van het varken wordt gebruikt. Wist u bijvoorbeeld dat gelatine in bijvoorbeeld winegums en dropjes van varkens wordt gemaakt, maar zo wordt er ook shampoo en anti-rimpelcrême van varkensvet gemaakt. Ook worden er bijvoorbeeld bezems, penselen en kwasten van varkenshaar gemaakt. In Nederland leven veel varkens in varkenshouderijen, er zijn in Nederland zelfs meer varkens dan mensen. Tegenwoordig zie je ook steeds meer biologische varkenshouderijen, waarbij de dieren meer uitloopruimte hebben en weer in de modder kunnen wroeten.
Een varken heeft zijn eigen taal om te communiceren met andere varkens. Zo knort een varken niet zomaar, iedere knor is anders en heeft een aparte betekenis. Zo geeft een lange knor aan dat het varken tevreden is en korte zachte knorren zijn een begroeting voor elkaar. Varkens zijn dus hele intelligente en sociale dieren. Varkens eten bijna alles, net als de mensen. De varkens in de varkenshouderij eten meestal een basis van granen, mais of soja. Maar ook restafval uit de levensmiddelenindustrie wordt door varkens graag opgegeten, zoals schillen of bietenpulp. Om gezond te blijven is het wel van belang om gevariëerd te eten. In het wild eten de varkens en zwijnen groen en bladeren, maar ze zijn ook gek op bijvoorbeeld eikels of andere nootjes. Om die te vinden heeft het varken een uitstekend reukorgaan. Daarom worden varkens gebruikt om truffels die onder de grond groeien te ruiken en op te sporen.
Een varken krijgt vaak een hoop biggetjes, meestal een stuk of 12 maar het kunnen er soms wel tot 20 zijn. Een pasgeboren varken heet dus een big en drinkt in het begin melk bij zijn moeder. Een vrouwtjesvarken heet een zeug en een mannetjesvarken een beer.
Copyright © 2014-2025 Zeg BV Privacy Policy