Ganzen zijn watervogels die tot dezelfde dierenfamilie behoren als de zwanen en eenden. Ze leven meer op het land dan eenden en zwanen omdat ze gespecialiseerd zijn in grazen. Ze kunnen dan ook goed lopen doordat ze sterke en relatief lange poten hebben.
Het voedsel van de gans bestaat uit planten. Ze kunnen in korte tijd veel eten. Daarom zijn boeren vaak niet blij met ganzen: ze eten het gras voor de koeien op en laten veel mest achter. Daarom wordt er op ganzen gejaagd. Ook kunnen groepen ganzen het vliegverkeer rond vliegvelden hinderen.
Een gans kan bijna 50 km per uur vliegen. Ze vliegen vaak in een V-vorm. Hierdoor kunnen de ganzen langer achter elkaar vliegen: de achterste vogels krijgen een lift van de vleugelslag van de gans voor hen. Tijdens het vliegen praten de achterste ganzen met de voorste om hem aan te moedigen snel door te blijven vliegen.
Ganzen worden gehouden vanwege de ganzenlever en om te plukken voor het dons. Dit wordt gebruikt als vulling van dekbedden. Ook de eieren worden gebruikt. De slagpen van een gans werd al in de oudheid gebruikt om mee te schrijven. Omdat ganzen die vestgemest worden voor de ganzenlever vaak gedwongen gevoerd worden op een niet-zachtzinnige manier, zijn er steeds meer protesten en veel restaurants in Nederland serveren daarom geen ganzenlever meer.
Copyright © 2014-2025 Zeg BV Privacy Policy